Beesten
Beesten
Details
119 p.
Besprekingen
NBD Biblion
Trouw
Ze hebben een zwarte vacht, vlijmscherpe klauwen en zijn onvoorstelbaar bloeddorstig: de enorme beesten die plots in Noorwegen zijn opgedoken en moordend door het land trekken. Leger en politie staan machteloos, internet en elektriciteit liggen eruit, de paniek groeit met de dag. Als de moeder van Abdi (13) door zo'n beest op het grasveld voor hun huis wordt gedood, slaat hij met zijn zusje Alva (5) op de vlucht.
Dat is het even simpele als angstaanjagende uitgangspunt van de dystopische novelle Beesten. En hoewel het gruwelijk klinkt, blijft het horrorachtige geweld buiten beeld. De Noorse schrijfster Ingvild Bjerkeland focust op de voortstuwende suspense en houdt het achtergrondverhaal vaag.
Waar de beesten plots vandaan komen, waarom ze het op mensen gemunt hebben en hoe ze die ombrengen blijft in het midden. Daardoor kun je de monsters ook opvatten als een metafoor voor ander gevaar, zoals oorlog, natuurgeweld of een epidemie.
De aanvallen van de beesten ontregelen de samenleving op een soortgelijke manier. Sterk maakt Bjerkeland voelbaar wat dit met de intermenselijke verhoudingen doet.
Eerst is er nog vreedzaam overleg tussen Abdi's moeder en de buren, en vertrouwen ze erop dat de overheid een oplossing vindt. Maar algauw wordt de sfeer grimmig: buurman Kai haalt met geweld en ten koste van anderen voedsel in de stad, terwijl mama eerlijk wil blijven delen. De beestenaanval brengt, kortom, het slechtste en het beste in de mensen naar boven.
Bij Abdi wekt de situatie een groot verantwoordelijkheidsgevoel voor zijn zusje, die er voor een kleuter misschien net iets te koeltjes onder blijft. De Abdi die over huiswerk klaagde en slecht naar zijn moeder luisterde, is snel naar de achtergrond verdwenen, constateert hij zelf. Die verwende jongen zou de vlucht niet hebben overleefd.
De twee proberen naar de kust te komen om met een boot naar het eiland te gaan waar hun vader voor zijn werk is. Met geregeld een beest op de hielen, rennen ze door de bossen en verschansen zich in verlaten huizen, waar in kelders en keukenkastjes soms nog eten te vinden is.
Door de voortdurende dreiging krijgen die schaarse veilige momenten met dekens en warm eten een extra behaaglijke sfeer. Al duurt het nooit lang voor de geur van natte vacht weer tussen de bomen hangt of er onheilspellend takken kraken.
Een boek als dit lees je niet voor de uitgediepte personages of mooie taal: Bjerkeland schrijft vooral bondig en doelgericht. Maar deze 120 pagina's spanning zetten je toch aan het nadenken over thema's als crisis, gevaar en verantwoordelijkheid. Het zou mij bovendien niet verbazen als Beesten ook minder leesgrage jongeren grijpt. Deel twee is onderweg.